Ik heb een droom Bibi Dumon Tak
- Uit Trouw
- Datum 7 oktober 2018
- Tekst Bas Maliepaard
- Foto Jörgen Caris
‘Overdag zorg ik voor de dieren, ’s nachts zorgen ze voor mij’
In de serie ‘Ik heb een droom’ spraken Bas en collega-journalisten van Trouw met bekende mensen over hun droomleven.
“Elke nacht is het wel vijf keer raak: ik droom de hele wereld bij elkaar. Waarschijnlijk omdat ik overdag ook zoveel flitsgedachten heb, zo associatief denk. Als ik mijn man iets vertel, sla ik gedachte één tot en met vier vaak over en begin ik bij vijf. Dan zegt hij: Waar gáát dit over? ’s Nachts gaat dat natuurlijk door, dan heb ik niet opeens een flegmatiek brein.
De laatste tijd droom ik veel over mijn zusje, die in 2016 aan kanker overleed. Soms is ze er gewoon, alsof ze weer leeft. Dat is troostend, want vlak na haar overlijden was ze een tijd uit mijn dromen verdwenen. Maar soms droom ik dat ze opnieuw doodgaat. Dat is verschrikkelijk maar ik noem het geen nachtmerrie, omdat zo’n droom gewoon mijn realiteit weerspiegelt.
Nachtmerries zijn juist onrealistisch. Die heb ik ook veel. Meestal word ik daarin achtervolgd door mannen die me willen overweldigen. Ze hebben gezichten, maar ik ken ze nooit. Soms moet ik vechten, gelukkig win ik altijd. Ik herinner me dat er een man met knalblauwe ogen en rode krulletjes achter me aanzat. Het vroor, er hingen ijspegels aan de huizen. Ik pakte zo’n ijspegel en ramde die zo door zijn hoofd. Ja, het gaat best ver (grinnikt).
Soms verstop ik me en kan de achtervolger me niet vinden. Dat doet me denken aan toen ik drie was. Mijn vader was boos op me en tierde door het huis: ‘Wáár is Bibi?!’ Ik wist dat er een pak slaag aan kwam en verstopte me tussen de jurkjes in mijn hangkast. Mijn vader doorzocht elke kamer en opende uiteindelijk de kast, haalde zijn hand door de jurkjes, schampte langs me, maar zag me niet.
Het gekke is dat ik overdag geen angstig mens ben. Ik fiets ’s nachts alleen over polderweggetjes, loop in m’n eentje in het bos… Misschien vindt de emotie angst bij mij overdag geen uitweg en moet die er ’s nachts uit.
Over mijn werk droom ik zelden. Een enkele keer dat ik onvoorbereid een lezing houd, maar nooit over schrijven. Wel over mijn onderwerp: dieren. Die dromen zijn de positieve tegenhangers van de nachtmerries.
Zo droomde ik dat er een waanzinnige roofvogel op het dak van mijn huis zat, met blauwe kleuren en een bijzondere kraag. Een vogel die niet bestaat. Ik raakte betoverd door dat beeld. Er vloog ook eens een uil in mijn slaapkamer om me heen en ik reed op de rug van een olifant door de stad. Toen het donker werd, zei ik tegen hem: ‘Nu moeten we naar huis, want je hebt geen koplampen.’
Als ik wakker word uit zo’n droom, voel ik me gesterkt. Die droomdieren zijn bijna totemdieren, die me kracht geven. Overdag zorg ik voor de dieren – als schrijver, als vrijwilliger bij de dierenambulance – ’s nachts zorgen zij voor mij.”
Bibi Dumon Tak (53) won onlangs de Theo Thijssenprijs voor jeugdliteratuur (€ 60.000). Ze werd bekend met non-fictiekinderboeken over dieren, zoals ‘Winterdieren’ (Gouden Griffel) en ‘Bibi’s bijzondere beestenboek’ (Zilveren Griffel).